TAIZÉ

Boodschap aan de Europese Unie

Europa open en solidair

 
Omdat de jongerenontmoeting plaatsvindt in Brussel, zetel van talrijke Europese instellingen, leek het belangrijk om de volgende boodschap te richten aan de Europese Unie. Op 15 december overhandigde frère Alois de boodschap persoonlijk aan José Manuel Barroso, voorzitter van de Europese Commissie. Hij stuurde deze ook naar de staats-en regeringsleiders van de 27 landen van de Unie. De heer Barroso richtte op zijn beurt een welkomst- en vriendschapsboodschap aan de jongeren.

JPEG - 21.5 kB

Het zoeken naar vrede en verzoening in de mensenfamilie vormt het hart van de roeping van de gemeenschap van Taizé. Sinds dertig jaar bezielt zij de ‘Pelgrimage van vertrouwen op aarde’ die verscheidene generaties jongeren uit alle continenten bijeen heeft gebracht.

40.000 jongeren uit heel Europa zijn van 29 december 2008 tot 2 januari 2009 bijeen in Brussel voor een etappe van deze pelgrimage. Ze willen het inzicht en enthousiasme dat aan het begin stond van de opbouw van Europa, laten herleven: de verzoening tussen de volken handen en voeten geven door hun bestaansmiddelen en karakteristieke inbreng met elkaar te delen.

De opbouw van Europa: een ongekend avontuur

Europa is erin geslaagd om een periode van vrede te laten aanbreken die in de Europese geschiedenis haar gelijke niet kent. Dat zij dit tot stand heeft gebracht, heeft immense hoop doen ontwaken in andere delen van de wereld. Na zoveel onderlinge verscheurdheid is deze vrede een goed dat van onschatbare waarde is. Toch is het niet eens en voor altijd verworven: elke generatie zal eraan moeten blijven bouwen.

Laat je niet ontmoedigen

De Europese instituten worden vandaag de dag soms met onbegrip en een zekere moedeloosheid bekeken. Toch zijn ze onmisbaar als men de voortgang van de vredesopbouw in dit werelddeel wil waarborgen. Maar zij mogen niet de plaats innemen van de verantwoordelijkheden die op elk niveau van de Europese samenleving genomen moeten worden. [1] Van hun kant kunnen de nationale leiders een nieuwe geestdrift aanwakkeren door ervan af te zien de Europese instituten ten onrechte als zondebok aan te wijzen ten tijde van moeilijke beslissingen.

Wereldwijde solidariteit

De opbouw van Europa zal slechts dan haar doel ten volle bereiken wanneer ze zich solidair toont met de andere werelddelen en de volken die het armst zijn. Deze volken ontwikkelen zo snel! De huidige situatie vereist dat men haar opnieuw probeert te verstaan zodat de Europese instituten en hulpmechanismen passend gemaakt kunnen worden.

Talrijke jongeren vragen om een economische globalisering die gepaard gaat met een globalisering van de onderlinge solidariteit. Roept het doel de welvaart beter te verdelen de rijke landen niet op een grotere royaliteit aan de dag te leggen, zowel door investeringen te doen die gunstig zijn voor landen in ontwikkeling als door de immigranten uit deze landen op een waardige en verantwoorde manier welkom te heten?

Veel jongeren ontwikkelden een waar Europees bewustzijn door overal in hun eigen werelddeel contacten te leggen. Dit betekent niet dat het karakteristieke van elk volk of gebied opgegeven wordt, maar dat men met respect voor de verscheidenheid gaat delen in elkaars gaven. Initiatieven zoals een Europese burgerdienst zorgen ervoor dat wederzijdse bekendheid tussen volken en gebieden zich verdiept.

De huidige financiële crisis

De huidige financiële crisis laat zien dat de economie zich niet duurzaam kan ontwikkelen als zij geen ethiek in acht neemt. Deze crisis kan tot een kans worden als zij ertoe leidt dat wij onszelf de vraag stellen wat onze prioriteiten zijn als het gaat om de opbouw van een mondiale samenleving: wat voor soort ontwikkeling streven wij na? Welke ontwikkeling is mogelijk als zij de beperkte natuurlijke hulpbronnen van onze planeet respecteert?

Hoe ingewikkelder het mondiale economische en financiële systeem is, hoe meer de noodzaak tot coördinatie en regulatie zich aan ons opdringt als het gaat om het gemeenschappelijk belang van de hele mensenfamilie. Het zal voortaan onontbeerlijk zijn dat er bovennationale instanties zijn die regels vaststellen waarmee een grotere rechtvaardigheid gewaarborgd is. [2]

Twee bijdragen vanuit het christelijke denken

Het evangelie spoort aan tot eenvoud van leven. Zij roept de gelovige op de eigen verlangens te beheersen en er zo in te slagen zichzelf te begrenzen. Niet gedwongen maar als een keuze. [3] Een vrijwillig gekozen eenvoud stelt de meest bevoorrechten in staat om weerstand te bieden aan de neiging tot consumentisme en mee te werken in de strijd tegen de armoede waarin de meest misdeelden zich gedwongen bevinden.

Een andere christelijke bijdrage is het ondersteunen van stappen die gezet worden om te vergeven. Die stappen veronderstellen dat men weigert om wrok vanwege nog ongeheelde wonden aan de volgende generatie door te geven. Dat betekent niet dat men het pijnlijke verleden vergeet, maar dat men de herinnering eraan door vergeving laat helen, zodat de keten van voortdurende wraak doorbroken wordt. Zonder vergeving hebben samenlevingen geen toekomst. De enorme geestdrift die aan de wieg stond van de opbouw van Europa werd voor een groot deel uit deze overtuiging geboren. [4]

Iedereen kan bijdragen aan een beschaving waarin niet achterdocht maar vertrouwen toonaangevend is. In de geschiedenis waren een paar mensen soms al voldoende om de balans naar de kant van vrede te doen doorslaan. [5]

Bijgewerkt: 23 maart 2009

Opmerkingen

[1Het subsidiariteitsbeginsel is wezenlijk voor de verdere verdieping van de gemeenschapszin. Immers het zorgt ervoor dat op het moment dat deelstaten in gebreke blijven, de organen van de Gemeenschap op bepaalde gebieden kunnen ingrijpen. Tegelijkertijd waarborgt het dat de eigen competentie van deze staten gerespecteerd wordt. Als er beslissingen worden genomen, moet dit gebeuren op een niveau dat zo dicht mogelijk bij de Europese burger ligt. Dit principe zet eenieder ertoe aan zijn verantwoordelijkheden te nemen en moet voorkomen dat naties buitensporige eisen kunnen stellen.

[2In 1963 stelde paus Johannes XXIII in zijn encycliek Pacem in terris voor om een “algemene autoriteit met universele bevoegdheid” in het leven te roepen. Dit voorstel is actueler dan ooit.

[3Jezus zei: “Wat heeft een mens eraan als hij de hele wereld wint, maar zichzelf verliest of schaadt?” (Lucas 9:25)

[4Het was deze overtuiging die de Frans-Duitse toenadering bezielde. Ook vormde zij het motief achter de vergeving die het Poolse en Duitse volk in 1965 naar elkaar uitspraken op initiatief van de Poolse bisschoppen. Zo zijn christenen wegbereider geweest voor verzoening op politiek vlak.

[5De grondleggers van de opbouw van Europa waren slechts met weinigen toen zij de ingeving hadden om een nieuw conflict te verhinderen door de natuurlijke hulpbronnen (steenkool en staal) die in het verleden gebruikt waren voor de oorlogsmachinerie, tot gemeenschapsbezit te maken.