12 mei 1915 – 16 augustus 2005

Ter herinnering aan frère Roger

Frère Alois, de opvolger van frère Roger, schreef deze tekst als voorwoord voor het boek Choisir d’aimer (Presses de Taizé, 2006). De gemeenschap van Taizé wilde door dit boek uitdrukking geven aan haar dankbaarheid voor het leven dat haar stichter heeft mogen leiden.

JPEG - 18.9 kB

Het heengaan van frère Roger laat een grote leegte achter. Zijn tragische dood was een schokkende gebeurtenis voor ons. Maar wij broeders, wij hebben ook de periode na zijn dood beleefd in grote dankbaarheid voor wat hij ons heeft nagelaten. Deze regels willen daarvan getuigen. Dit gevoel van dankbaarheid werd met ons gedeeld door een ontelbaar aantal mensen over heel de wereld. Dat was ons tot grote steun. Wij werden als het ware gedragen door God. En in deze beproeving beleefde onze kleine gemeenschap die ervaring van eenheid zoals bij de eerste christenen: één zijn van hart en ziel.

Het streven naar verzoening onder christenen was voor frère Roger geen onderwerp waarover hij lang moest nadenken; het was iets vanzelfsprekends. Wat voor hem in de eerste plaats telde, was het evangelie concreet gestalte geven in het leven van alledag en het naar anderen uitdragen. En het evangelie kan alleen maar samen beleefd worden. Als dit los van elkaar gebeurt, heeft het geen enkele zin.

Al op zeer jonge leeftijd voelde hij intuïtief aan dat een gemeenschapsleven een teken van verzoening kon zijn, een leven dat zelf teken, signaal wordt. Daarom dacht hij mensen bijeen te brengen die in de eerste plaats streven naar verzoening: dat is de eerste roeping van Taizé, of, zoals hij het noemde, een ‘gelijkenis van gemeenschap’ zijn, een klein zichtbaar teken van verzoening. Het monastieke leven was echter verdwenen uit de kerken van de reformatie. Zelf was hij afkomstig uit een protestants gezin. Toen heeft hij, zonder zijn afkomst te verloochenen, een gemeenschap gesticht die wortelde in de onverdeelde Kerk, van vóór het protestantisme, en die zich door haar bestaan onlosmakelijk verbond met de katholieke en orthodoxe traditie.

Nadat eenmaal de fundamenten waren gelegd aan het begin van de jaren zeventig, en toen er ook katholieke broeders intraden, bleef hij onze gemeenschap verder uitbouwen, en dat tot zijn laatste ademtocht. Wat betreft zijn persoonlijke levensweg, zei hij: “Geraakt door het getuigenis dat mijn grootmoeder met haar leven gaf, vond ik, in navolging van haar, al op jonge leeftijd mijn eigen christelijke identiteit: ik bracht in mijzelf een verzoening tot stand tussen het geloof van mijn wortels en het mysterie van het katholieke geloof, zonder de verbondenheid met wie dan ook te verbreken.”

De erfenis is enorm. En vooral: de erfenis is springlevend. Frère Roger heeft ons geschriften nagelaten, maar in zijn ogen dienden zijn geschriften voortdurend aangepast te worden aan een nieuwe situatie. Zelfs de Regel van Taizé, die de basistekst van ons gemeenschappelijk leven vormt, is door hem diverse keren bewerkt. Alsof hij voor ons wilde benadrukken dat we ons niet aan de letter of aan structuren moeten hechten, maar ons altijd moeten overgeven aan de ademtocht van de heilige Geest.

Door zijn Geest is God in elk mens aanwezig. Frère Roger sloot alle mensen in zijn hart, van alle landen, in het bijzonder jongeren en kinderen. Het begrip verbondenheid stond in zijn hart gegrift. Vaak herhaalde hij deze woorden: “Christus is niet op aarde gekomen om een nieuwe religie te stichten, maar om aan elk mens verbondenheid in God te schenken.” De Kerk, deze unieke uitdrukking van verbondenheid, is er voor allen zonder uitzondering.

Deze verbondenheid toegankelijk maken voor jongeren en belemmeringen op hun levensweg wegnemen, dat hield hem vooral bezig. Eén van de grootste belemmeringen was voor hem het beeld van een God als strenge rechter die angst inboezemt. De volgende intuïtie nam in hem steeds duidelijker vormen aan en hij deed alles om deze door zijn eigen leven over te dragen: God kan niet anders dan ons liefhebben. De orthodoxe theoloog Olivier Clément herinnerde er onlangs nog aan dat deze nadruk van frère Roger op de liefde van God het einde van een tijdperk aangaf waarin men in de verschillende christelijke kerken bang was voor een God die straft.

In zijn jeugdjaren had frère Roger christenen meegemaakt die dachten dat het evangelie met strengheid gelovigen lasten oplegde. Om die reden maakte hij een periode door waarin het geloof moeilijk werd en twijfel opdoemde. Zijn leven lang was het vertrouwen in God een echte strijd. Deze strijd is een van de redenen waarom hij openstond voor jonge generaties en waarom hij graag naar hen luisterde. Zelf zei hij dat hij wilde “proberen om alles van de ander te begrijpen”.

Veel jongeren hadden van hem het beeld van een man die altijd bereid was om naar hen te luisteren, elke avond na de gebedsviering, urenlang als het moest. En wanneer de vermoeidheid te groot werd om naar iedereen te kunnen luisteren, bleef hij ’s avonds toch in de kerk en gaf hij aan ieder die naar hem toekwam een eenvoudige zegen door de hand op het voorhoofd te leggen.

Tot het einde toe is hij ons met een buitengewone bezieling en grote moed voorgegaan op de weg van openheid voor de ander. Geen enkel ongemak, lichamelijk of moreel, schrikte hem zó af, dat hij het de rug toekeerde. Hij ging erop af! Meer dan eens werd hij zodanig in beslag genomen door een concrete situatie van lijden dat hij andere even belangrijke situaties leek te vergeten. In hem weerspiegelde zich dan iets van de herder uit de parabel van Jezus die 99 schapen vergeet om zich te bekommeren om één enkel schaap dat verloren dreigt te gaan.

Wanneer men met Geneviève sprak, zijn zuster, die twee jaar na hem overleden is, dan ontdekte men een treffende gelijkenis met haar broer: beiden vermeden elke harde uitspraak en elk definitief oordeel. Dat ging ver terug in hun familie; dat kwam door een buitengewone moeder. Natuurlijk had deze karaktertrek ook haar nadelen. Maar wat telt, is wat frère Roger met deze gave wist te doen! En wij broeders, wij hebben gezien dat dit hem soms bracht tot het uiterste van wat een mens kan dragen.

Men heeft van hem gezegd dat hij een universeel hart had. Met een goedheid die verbazingwekkend blijft. De goedheid van hart is geen leeg woord, maar een kracht die in staat is de wereld te veranderen omdat, middels die kracht, God aan het werk is. Ten opzichte van het kwaad is de goedheid van hart een kwetsbare realiteit, maar het leven dat frère Roger ons voorleefde, is een waarborg dat de vrede van God het laatste woord heeft voor elke mens op onze aarde.

Hij probeerde voortdurend zijn hart te volgen en zijn medeleven vooral met arme mensen concrete vorm en inhoud te geven. Hij haalde vaak Augustinus aan: “Heb lief en draag het uit in je leven.” Dat bracht hem ertoe om soms verrassende gebaren te maken. Men zag hem ooit terugkomen van een bezoek aan Calcutta met een baby in zijn armen, een meisje dat Moeder Teresa hem had toevertrouwd, in de hoop dat een vertrek naar Europa haar leven zou redden, wat inderdaad het geval was. Men heeft kunnen zien hoe hij in het dorp Taizé Vietnamese weduwen onderdak verleende met hun grote schare kinderen. Hij had hen ontmoet bij een bezoek aan een vluchtelingenkamp in Thailand.

Concreet zijn: dat uitte zich ook in zijn vermogen om woonplekken in te richten. Hij zette niet graag vaste gebouwen neer. Wanneer het onvermijdelijk was, dan moesten deze eenvoudig van opzet zijn, zeer laag en, indien mogelijk, gemaakt van hergebruiksmaterialen. Maar hij veranderde graag woonplekken. Met zeer kleine ingrepen, wist hij iets moois te creëren. Het bouwen van een kerk in Taizé was op een gegeven moment onvermijdelijk. Hij verzette zich tegen de bouwplannen, en daarna was hij voortdurend bezig om verdere veranderingen aan te brengen. Ik heb dat zelfs gezien in de arme wijk Mathare Valley in Kenia, waar wij enkele weken doorbrachten voordat broeders er zich jarenlang zouden vestigen. In die arme barak te midden van grote ellende, slaagde hij erin om met bijna niets iets moois te realiseren. Zoals hij het uitdrukte, zouden wij alles in het werk willen stellen om het leven voor onze naasten mooi te maken.

Frère Roger verwees vaak naar de zaligsprekingen en zei soms van zichzelf: “Ik ben een arm iemand.” Hij riep ons, broeders, op om geen spirituele leermeesters te worden maar vooral een luisterend oor te hebben. Hij sprak over zijn functie als prior als die van “een arme dienaar die de gemeenschap samensmeedt”. Hij verborg zijn kwetsbaarheid niet.

Nu voelt onze kleine gemeenschap zich geïnspireerd om door te gaan op de weg die hij heeft gebaand. Dat is een weg van vertrouwen. Het woord ‘vertrouwen’ was voor hem geen gemakkelijke uitdrukking. Hij houdt een oproep in: in grote eenvoud de liefde van God voor ieder mens aannemen. Vanuit deze liefde leven en de risico’s nemen die er het gevolg van zijn.

Als men deze intuïtie kwijtraakt, dan leidt dit ertoe dat degenen die op zoek zijn naar levend water, onnodig belast worden. Het geloof in deze liefde is een heel eenvoudige realiteit, zo eenvoudig dat iedereen haar kan aannemen. Dit geloof verzet bergen. Dan kunnen we met een blik van hoop de wereld bekijken, zelfs al wordt de wereld vaak verscheurd door geweld en conflicten.

Frère Alois

Boeken van frère Roger van Taizé

(Franse titels en Nederlandse uitgaven)

1941, Communauté de Cluny : Notes explicatives
1944, Introduction à la vie communautaire
1954, La Règle de Taizé (De Regel van Taizé)
1959, Vivre l’Aujourd’hui de Dieu (Vandaag van God)
1965, Dynamique du provisoire (De spankracht van het voorlopige)
1966, Unanimité dans le pluralisme
1968, Violence des pacifiques
1971, Ta fête soit sans fin (Feest zonder einde)
1973, Lutte et contemplation (Strijd en aanbidding)
1976, Vivre l’inespéré (Het onvermoede tegemoet)
1979, Étonnement d’un amour (Weg van een liefde)
1980, Les Sources de Taizé (De bronnen van Taizé)
1982, Fleurissent tes déserts
1985, Passion d’une attente
1988, Son amour est un feu (Zijn liefde is een vuur)
1995, En tout la paix du cœur (Vrede in je hart)
2001, Dieu ne peut qu’aimer
2005, Pressens-tu un bonheur ? (Voorvoeld geluk)
2005, Prier dans le silence du cœur – cent prières (Bidden in de stilte van je hart – 100 gebeden)

Boeken met Moeder Teresa van Calcutta

1986, Le Chemin de Croix
1987, Marie, Mère des Réconciliations (Maria, moeder van verzoening)
1992 en 1998, La prière, fraîcheur d’une source (Bidden met moeder Teresa en broeder Roger)


Frère Roger publiceerde elk jaar een ‘Brief’, die heel het jaar door stof voor gesprek en meditatie leverde voor jongeren thuis of tijdens de ontmoetingen in Taizé. De stichter van Taizé schreef zo’n brief vaak vanuit een plek op de wereld waar armoede heerst en waar hij een tijdje woonde: Calcutta, Chili, Haïti, Ethiopië, Zuid-Afrika, …

Frère Roger ontving de volgende prijzen

09-04-1974: Templeton Prize, Londen
13-10-1974: Friedenspreis des Börsenverein des deutschen Buchhandels, Frankfurt (Vredesprijs van de Duitse boekhandel)
21-09-1988: Prix UNESCO de l’Éducation pour la Paix, Parijs (UNESCO Prijs voor Vredeseducatie)
04-05-1989: Karlspreis, Aken
20-11-1992: Prix Robert Schuman, Straatsburg
24-04-1997: Award for international humanitarian service, Universiteit van Notre Dame, Indiana, USA (Prijs voor internationaal bewezen diensten aan de mensheid)
22-10-2003: Dignitas Humana Award, Saint John’s School of Theology, Collegeville, Minnesota, USA (Prijs voor de verdediging van de menselijke waardigheid)

Printed from: https://www.taize.fr/nl_article6928.html - 29 March 2024
Copyright © 2024 - Ateliers et Presses de Taizé, Taizé Community, 71250 France