TAIZÉ

Mag je gelukkig zijn terwijl anderen lijden?

 

Wanneer Gods Geest ons bezielt, gaat dat gepaard met grote vreugde. Als wij gelukkig zijn, zijn wij één met God. Maar wanneer anderen lijden, is ons geluk niet in overeenstemming met hun lijden. Daarom schrijft de apostel Paulus: “Wees blij met wie zich verblijdt, heb verdriet met wie verdriet heeft” (Romeinen 12:15). Zeker, wij zijn geschapen voor de vreugde. Maar wanneer wij geconfronteerd worden met het lijden van anderen, staan wij dichterbij de realiteit als hun lijden ook ons verdriet doet.

Geluk kan kwetsend zijn voor wie er geen deel van uitmaakt. De voldoening van iemand die geslaagd is, doet pijn bij anderen die hebben gefaald. De vreugde van hen die elkaar beminnen, veroorzaakt pijn bij hen die in de steek zijn gelaten. Als ik merk dat anderen plezier hebben omdat zij in mijn plaats gelukkig zijn, wordt hun geluk ronduit onverdraaglijk. Maar ook zonder slechte bedoelingen kan geluk pijnlijk zijn: Jezus schildert in een gelijkenis het geluk van een rijke die “dagelijks uitbundig feestvierde”, zonder de arme Lazarus, die voor zijn deur zat, ook maar op te merken (Lucas 16:19-21).

Als je op zo’n manier gelukkig bent, kun je beter verdriet hebben. Maar hoe kan Paulus dan schrijven: “Wees altijd verheugd” (Filippenzen 4:4)? Als er geluk bestaat dat kan verwonden, dan bestaat er ook verdriet dat schade aanricht. Als ik verdrietig en verslagen ben, zit ik er niet op te wachten dat mijn naasten mij overladen met hun eigen verdriet en hun somberheid aan de mijne toevoegen. Wat moeten we dan doen wanneer anderen lijden? Zelf vrolijk blijven, met als risico dat wij daarmee anderen pijn doen die geen deel uitmaken van onze vreugde? Of verdrietig zijn, met als risico dat wij ons eigen verdriet toevoegen aan het ongeluk van de ander, dat op zichzelf al zwaar genoeg is?

“Wees altijd verheugd.” Paulus vervolgt: “Laat iedereen u kennen als vriendelijke mensen” (Filippenzen 4:5). De vreugde waar het hier om gaat, straalt goedheid en vriendelijkheid uit. Deze vreugde is allereerst een innerlijke vreugde. Soms is ze nauwelijks merkbaar en zijn er geen uiterlijke tekenen van te zien. Toch raakt zij op een subtiele manier anderen aan. Net zoals het fijn is om, als het ’s winters koud is, dichtbij een warme kachel te staan, zo is het ook goed om, als je ongelukkig bent, iemand in de buurt te hebben die goedheid uitstraalt vanuit een diepe, innerlijke vreugde.

Wat is het geheim van een geluk dat anderen niet schaadt, maar hun lijden verlicht? Dit geheim ligt in de vreugde van de arme, de eenvoudige mens, die zijn geluk niet voor zichzelf houdt, maar het van meet af aan met anderen deelt.

Als wij onszelf verbieden om gelukkig te zijn terwijl iemand anders lijdt, kan dat tot gevolg hebben dat wij beiden wanhopig worden. Maar wij hebben wat beters te bieden aan hen die ongelukkig zijn. Eén van de meest waardevolle geschenken die wij hen kunnen geven, is onze verborgen worsteling om de vreugde van de heilige Geest te bewaren: de vreugde die goedheid uitstraalt en kracht en moed verspreidt.

Bijgewerkt: 16 februari 2009